Auteur:

Gepubliceerd op: 03-10-2022

Gent, Wevelgem en Koekelare zijn bekroond als Meer Mobiele Gemeente/Stad 2022. Die lokale besturen winnen de vakjuryprijs en krijgen elk 50.000 euro voor hun inspanningen om de toegankelijke mobiliteit in hun stad of gemeente te verhogen. Alle prijzen werden vandaag uitgereikt tijdens de themadag in Brugge. Naast de vakjuryprijs was er ook een publieksprijs. De themadag, vakjury- en publieksprijs voor Meer Mobiele Gemeente/Stad 2022 is een nieuw initiatief van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (Vlaamse overheid), de Vereniging voor Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), De Lijn en Inter - Toegankelijk Vlaanderen en zal tweejaarlijks georganiseerd worden.
 

Zes genomineerden en drie winnaars voor de vakjuryprijs

De volgende lokale besturen waren genomineerd:

  • In de categorie ‘grote lokale besturen’ (meer dan 50.000 inwoners): Gent en Brugge
  • In de categorie ‘middelgrote lokale besturen’ (tussen 20.000 en 50.000 inwoners): Ieper, Wevelgem en Oudsbergen
  • In de categorie ‘kleine lokale besturen’ (minder dan 20.000 inwoners): Koekelare

Uit de zes genomineerde lokale besturen werden Koekelare, Wevelgem en Gent bekroond als ‘Meer Mobiele Gemeente / Stad 2022’. Om kans te maken op de vakjuryprijs, konden steden en gemeenten ten laatste op 15 juni 2022 een onderbouwd dossier indienen. Daarin moesten ze niet alleen hun lokale visie en beleid rond de toegankelijkheid van mobiliteitsoplossingen toelichten, maar ook meegeven hoe ze toegankelijke haltes en Hoppinpunten planmatig uitrollen en inspirerende initiatieven rond toegankelijke mobiliteit delen. Een Hoppinpunt is een vervoersknooppunt waar parkeermogelijkheden voor verschillende personenwagens en fietsen ter beschikking zijn of waar verschillende vervoermogelijkheden (trein, bus, deelfiets, ...) kunnen aangeboden worden door middel van onder meer deelsystemen, waardoor reizigers met het geschikte vervoermiddel een verplaatsing kunnen maken. De steden en gemeenten moesten ook het charter binnen het Masterplan Toegankelijkheid ondertekend hebben.

 

Winnaar in categorie 1 - meer dan 50.000 inwoners: Gent

Gent heeft het charter ‘Masterplan toegankelijke haltes’ ondertekend. De stad heeft een actieplan ‘Vervoersarmoede’ opgesteld. Er is een beleidsmedewerker ‘Vervoersarmoede’ en er zijn 2 toegankelijkheidsambtenaren die specifiek werken rond toegankelijkheidsinitiatieven in de stad. Toegankelijkheid is opgenomen in de beleidsnota en het bestuursakkoord van Gent. Er zijn 18 bijkomende haltes gepland om toegankelijk aan te leggen en er is een aparte brochure gecreëerd die focust op toegankelijkheid, toegankelijke wandelroutes en voetgangersassen.

 

Winnaar in categorie 2 – tussen 20.000 en 50.000 inwoners: Wevelgem

Wevelgem heeft het charter ‘Masterplan toegankelijke haltes’ ondertekend. De gemeente heeft een stafmedewerker en beleidsmedewerker die specifiek werken rond toegankelijkheid. Naast integratie en duurzaamheid is toegankelijkheid voor Wevelgem een integrale bevoegdheid. Daarnaast werd een inventaris opgemaakt en is er een nulmeting gebeurd met een duidelijk ambitieniveau: Wevelgem wil investeren in 3 Hoppinpunten en 12 toegankelijke haltes. De gemeente voert concrete investeringen uit in toegankelijkheid, met bv. verhoogde bushaltes, een voetpadenplan en een opleiding en bijscholing voor de technische dienst.

 

Winnaar in categorie 3 – minder dan 20.000 inwoners: Koekelare

De gemeente Koekelare heeft het charter ‘Masterplan toegankelijke haltes’ ondertekend. Toegankelijkheid is als belangrijk element opgenomen in de beleidsnota. Er is een actieplan rond het wegwerken van drempels en de gemeente heeft een toegankelijkheidslabel. Koekelare werkt nauw samen met minder mobiele doelgroepen en maakt gebruik van gebruikersparticipatie. Op korte termijn willen ze werk maken van de (her)aanleg van 1 Hoppinpunt en 5 toegankelijke haltes.

 

Gent, Oudsbergen en Sint-Lievens-Houtem winnen de publieksprijs

Naast de vakjuryprijs konden steden en gemeenten op de themadag ook kans maken op de publieksprijs ‘Meer Mobiele Gemeente/Stad 2022’. De winnaars van de publieksprijs zijn Gent, Oudsbergen en Sint-Lievens-Houtem. Tot en met 25 september 2022 kon het brede publiek stemmen op die stad of gemeente die volgens hen de meeste inspanning levert voor toegankelijke mobiliteit. De resultaten van die bevraging hebben winnaars opgeleverd, verdeeld over de 3 categorieën.

  • In de categorie ‘grote steden of gemeenten’ (meer dan 50.000 inwoners): Gent
  • In de categorie ‘middelgrote steden of gemeenten’ (tussen 20.000 en 50.000 inwoners): Oudsbergen
  • In de categorie ‘kleine steden of gemeenten’ (minder dan 20.000 inwoners): Sint-Lievens-Houtem

 

Masterplan toegankelijkheid

Het Masterplan Toegankelijkheid werd in november 2020 door Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Lydia Peeters gelanceerd met als doel om de halte-infrastructuur van het openbaar vervoer tegen 2030 meer toegankelijk te maken. Aangezien meer dan 60% van alle haltes langs gemeentewegen liggen, zijn lokale besturen daarin een cruciale partner. Lokale besturen die zich actief willen inzetten om de haltes van het toekomstig kern- en aanvullend net toegankelijk te maken, kunnen het charter ‘toegankelijkheid haltes’ ondertekenen. Vandaag hebben al 46 lokale besturen dat charter ondertekend.

 

Subsidie en coachingtraject

Per halte die toegankelijk (her)aangelegd wordt, kunnen steden en gemeenten een subsidie krijgen van 5000 euro. Die kunnen lokale besturen online aanvragen bij het Departement Mobiliteit en Openbare Werken (https://www.vlaanderen.be/subsidies-voor-het-toegankelijk-aanleggen-of-herinrichten-van-haltes). Naast financiële steun deelt de Vlaamse overheid ook kennis over toegankelijke mobiliteit. Jaarlijks kunnen 30 Vlaamse steden en gemeenten zich laten begeleiden door Inter - Toegankelijk Vlaanderen. In een traject van een jaar werkt de stad of gemeente met hulp van een coach een actieplan uit om de doelstelling van minimaal 50% toegankelijke haltes tegen 2030 te kunnen halen. Daarbovenop krijgt de gemeente kennis en inspiratie aangereikt via een lerend netwerk en een netwerkmoment waar ze kennis en ervaring kunnen uitwisselen met andere lokale besturen die gecoacht worden.

 

Michiel Apers